Geluidsoverlast van buren

De beleving van het geluidoverlast hangt af van de toonhoogte en de geluidssterkte. Maar ook van de persoon zelf en de omgeving waarin het geluid wordt ervaren. De Wereldgezondheidsorganisatie stelt dat ergernis door geluid vanaf 50 decibel kan optreden. Ongeveer tien tot vijftien procent van de bevolking is geluidgevoelig, die hebben eerder en meer last van geluid dan anderen. Hieronder kun je zien hoeveel decibel verschillende soorten geluid ongeveer zijn.

Soorten geluidsoverlast

Luchtgeluid

Bij luchtgeluidsoverlast wordt de lucht rechtstreeks in trilling gebracht. De lucht verplaatst zich via naden en kieren naar de ontvanger. Denk aan stemmen, muziek, ruis, blaffende honden en geluid van apparaten. Bij luchtgeluid is goed te achterhalen waar het geluid vandaan komt:

• Gebruik eventueel een stukje tuinslang met een trechter om de richting van het geluid nog beter te bepalen.
• Zet in de zendruimte een niet-digitale radio op harde ruis. Als duidelijk is uit welke richting het geluid komt, kun je onderzoeken of er bepaalde gaten en kieren zijn waar het geluid door kan komen. Dicht deze af.

Contactgeluid

Bij contactgeluid wordt de constructie in trilling gebracht. Het geluid veroorzaakt via die constructie ergens anders in het gebouw overlast. Denk hierbij aan bonzen, dreunen, getik, schuren, trillen, dreunen en schrapen. Voorbeelden zijn: de naaldhakken van de buurvrouw of knikkers van spelende kinderen. Contactgeluid is alleen te voorkomen door het geluid bij de bron aan te pakken. Dit kan door ervoor te zorgen dat de bron van het geluid geen directe verbinding maakt met de constructie. Bijvoorbeeld door tussen harde vloerbedekking en de constructievloer een geluiddempende ondervloer te leggen. 

Laag frequent geluid (lage bromtoon)

In en om de woning zijn apparatuur en installaties aanwezig. Deze kunnen geluid maken dat ervaren wordt als een lage bromtoon. Dit wordt laag frequent geluid genoemd. Dit kan komen door bijvoorbeeld ventilatiesystemen of airco’s. Maar de oorzaak kan ook buiten de woning liggen zoals windmolens. Onderzoek eerst zelf of het geluid alleen in de woning voorkomt, of ook (ver) daarbuiten. Het uitschakelen van de hoofdschakelaar geeft vaak al een eerste aanwijzing of de bron in je huis zit. Zit het buiten de woning dan is er vaak duur onderzoek nodig om de oorzaak te achterhalen.

Geluidsoverlast voorkomen

Veel geluidsoverlast kan worden voorkomen door rekening met elkaar te houden, zeker in gehorige huizen:

• Doe schoenen, zeker met harde zolen, binnen zo veel mogelijk uit. 
• Leg een kleed op de vloer. 
• Plak vilt onder stoelen en verplaatsbare meubels. 
• Gebruik meer zachte materialen in de ruimte waardoor het minder galmt. 

Ga in overleg met de buren

Vaak zijn mensen zich er helemaal niet van bewust dat ze overlast veroorzaken. Ga daarom altijd eerst het gesprek aan met de overlast veroorzakende buren. Laat ze bijvoorbeeld eens meeluisteren hoeveel geluid jij ervaart. Vaak zullen mensen hun gedrag aanpassen als ze gemerkt hebben hoeveel overlast ze vooroorzaken. Probeer eerst samen afspraken te maken. Bijvoorbeeld over tot hoe laat uw buren klussen of muziek draaien, over dieren, zoals blaffende honden of over geluiden in de tuin.

Woon je in een appartement dan is er meestal een huishoudelijk reglement waarin de leefregels tussen appartementseigenaren over geluid staan beschreven. Het is een aanvulling op de regels die in de wet en het splitsingsreglement staan. Het bestuur van de VvE zou bij geluidsoverlast kunnen bemiddelen.

Als laatste stap kun je een melding maken bij de gemeente of de politie, of zelfs overwegen om naar de civiele rechter te stappen. Maar probeer er eerst altijd samen met je buren uit te komen om escalatie te voorkomen. Vaak kunnen afspraken of een open gesprek veel problemen oplossen zonder verdere stappen te hoeven ondernemen.