Huiseigenaar
VvE
NieuwsOver onsContact
BackHome
Kennisbank

Hoe werkt de bijleenregeling als je een fiscaal partner hebt?

De kent een bijzondere uitwerking als er sprake is van een .

Als je de  verkoopt met , dan heb je de verplichting om binnen 3 jaar na verkoop dit bedrag weer te gebruiken voor de aankoop van een nieuwe woning. Deze beperking heet de bijleenregeling.

Als je een fiscale partner hebt, moet je bij het financieren van de nieuwe woning rekening houden met elkaars overwaarde. Dus ook als jijzelf de overwaarde niet hebt gerealiseerd maar je fiscale partner. Deze verplichting vloeit voort uit de partnerregeling.

De partnerregeling wordt hieronder in drie situaties toegelicht:

  • Van twee eigenaren naar één eigenaar
  • Van één eigenaar naar twee eigenaren
  • Van de ene eigenaar naar de andere eigenaar

Van twee eigenaren naar één eigenaar

Samen met jouw zijn jullie beiden eigenaar van woning A. Woning A wordt verkocht met overwaarde. Binnen 3 jaar koop je woning B waarin je samen met jouw fiscale partner gaat wonen. Hoewel woning B voor 100 % jouw eigendom is, moet je bij de financiering van deze woning toch rekening houden met de gerealiseerde overwaarde van jouw fiscale partner bij de verkoop van zijn eigenaarsaandeel in woning A. Je moet dan je overwaarde en die van je fiscale partner bij elkaar optellen en hiermee woning B financieren. Doe je dat niet dan heb je geen recht op renteaftrek voor dat leningdeel.

Voorbeeld

  • Samen met jouw fiscale partner verkoop je de gezamenlijke woning A voor € 300.000. Ieder heeft recht op € 150.000.
  • Jullie hebben een gezamenlijke eigenwoningschuld van € 100.000. Voor ieder is dat € 50.000.
  • De overwaarde van de verkochte woning A is € 300.000 - € 100.000 = € 200.000. Per persoon hebben jullie dan een overwaarde van € 100.000 (€ 200.000 : 2).
  • Alleen jij koopt een nieuwe woning B voor € 260.000 en sluit voor dat bedrag een hypotheek of lening af.

Uitwerking: voor welk bedrag mag je maximaal met renteaftrek lenen voor woning B?

  • De hypotheek of lening min de overwaarde en de overwaarde van de fiscale partner.
  • Dus: € 260.000 - € 100.000 - € 100.000 = € 60.000. Je mag de rente aftrekken over maximaal € 60.000.
  • Over het meerdere dat je leent, € 200.000, mag je geen rente aftrekken. Je geeft dit deel van de schuld, € 200.000, op in .

Van één eigenaar naar twee eigenaren

Je woont samen met jouw in de eigen woning A. De woning is voor 100 % jouw eigendom. Als je deze woning verkoopt en binnen 3 jaar samen met jouw fiscale partner een nieuwe woning B koopt, dan kan de partnerregeling van toepassing zijn. Dit is het geval als je bij de aankoop van het eigenaarsaandeel in woning B de overwaarde niet volledig kunt verrekenen. Jouw partner moet dan bij het financieren van zijn aandeel in woning B rekening houden met het niet-verrekende deel van jouw overwaarde.

Houdt je partner daar geen rekening mee en financiert hij de verkrijging van zijn aandeel in woning B volledig met een lening, dan is de rente niet aftrekbaar voor het leningdeel ter grootte van het niet-verrekende deel van de overwaarde.

Voorbeeld

  • Je verkoopt de woning waarvan je alleen eigenaar bent voor € 250.000.
  • Je hebt een van € 50.000. De overwaarde van de woning is € 250.000 - € 50.000 = € 200.000.
  • Hierna koop je samen met jouw partner een woning voor € 260.000. Het aandeel in de aankoopprijs is € 130.000 per partner.

Uitwerking: voor welk bedrag mogen jullie maximaal met renteaftrek lenen?

  • Jouw nieuwe schuld, waarover je de rente mag aftrekken, mag niet hoger zijn dan jouw aandeel in de aankoopprijs min jouw overwaarde. Hierdoor heb je geen eigenwoningschuld. Van de eigenwoningreserve blijft een restant over van € 200.000 - € 130.000 = € 70.000. De maximale schuld van jouw partner, waarover de rente mag worden afgetrokken, wordt verminderd met jouw restant. In cijfers: € 130.000 - € 70.000 = € 60.000.
  • De gezamenlijke maximale eigenwoningschuld is: jouw deel € 0 + deel partner € 60.000 = € 60.000.
  • Over het meerdere dat jullie hebben geleend, € 200.000, mogen jullie geen rente aftrekken. Dit deel van de schuld geven jullie op in .

Van de ene eigenaar naar de andere eigenaar

Je woont samen met je in eigen woning A. De woning is voor 100 % jouw eigendom. Als deze woning wordt verkocht en jouw fiscale partner koopt binnen 3 jaar een nieuwe woning B, dan kan de partnerregeling van toepassing zijn. Als bij de verkoop van de woning A ontstaat, moet jouw partner bij de aankoop jouw overwaarde inbrengen.

Voorbeeld

  • Je woont samen met een fiscale partner in jouw woning.
  • Je verkoopt de woning voor € 250.000.
  • Jouw eigenwoningschuld was € 200.000.
  • Jouw overwaarde is € 250.000 - € 200.000 = € 50.000.
  • Jouw partner koopt een nieuwe woning voor € 280.000 en gaat daar met jou in wonen.

Uitwerking: voor welk bedrag mag jouw partner maximaal met renteaftrek lenen?

  • Bij het bepalen van de maximale schuld, waarover renteaftrek mogelijk is, moet de fiscale partner rekening houden met jouw overwaarde. Daardoor wordt de maximale eigenwoningschuld: de aankoopsom minus jouw eigenwoningreserve.
    Dus: € 280.000 - € 50.000 = € 230.000.
  • Als de partner € 280.000 leent, dan is maar renteaftrek mogelijk over maximaal € 230.000.
  • Over het meerdere, € 50.000, mag jouw partner geen rente aftrekken. Dit deel van de schuld geeft de fiscale partner in aan.

Aandachtspunten

  • De partnerregeling speelt alleen als op het moment van verkoop van de oude woning een bestond.
  • De gevolgen van de partnerregeling worden teruggedraaid op het moment dat de partners de gezamenlijke woning verkopen of het moment dat het fiscaal partnerschap wordt verbroken.

Hoe nu verder

Ook interessant in kennisbank

Deel deze pagina

  • facebook
  • linkedin
  • mail
  • whatsapp
  • Privacystatement
  • Cookiebeleid & instellingen
  • Disclaimer
  • CVD-melding
  • Algemene voorwaarden
  • Opzeggen
  • Adres
  • facebook
  • instagram
  • linkedin
  • youtube